Instellingen - Integratie
API-instellingen
In Cloud is het mogelijk een API-integratie op te zetten met externe applicaties. U kunt een maximum aantal van 5 API-clients aanmaken voor uw organisatie. Wij raden aan om per client één applicatie te koppelen.
Zodra de externe apps zijn geïntegreerd, wordt via het gebruik van API-tokens klantinformatie opgehaald en automatisch geüpdate in Cloud. De API-tokens worden gebruikt door de ontwikkelaars om het integratieproces te valideren.
Een nieuwe API-client aanmaken:
-
U heeft de rol Beheerder instellingen nodig of vergelijkbare machtigingen.
-
Ga in het Cloudmenu () naar Instellingen | Integratie | API Instellingen.
-
Geef een naam in het veld Client alias zodat u direct kunt zien om welke externe applicatie het gaat, zoals de naam van de app.
-
Klik op Client genereren.
Er opent een venster met details van de nieuwe API-client.
-
Kopieer het client-ID en het geheim naar bijv. een tekstdocument zodat u deze later weer terug kunt vinden. Het clientgeheim wordt namelijk niet nog een keer getoond.Klik op Sluiten.
-
De API-client is nu aangemaakt.
- Bewerken:Wijzig de client alias.
- Verwijderen:De API-client wordt verwijderd.
- Reset Client Secret: Een nieuw cliëntgeheim aanmaken.We raden aan het cliëntgeheim regelmatig bij te werken voor de beveiliging. Werk dan ook de externe applicatie bij die het vorige cliëntgeheim nog gebruikten.
-
Geef het cliënt-ID en het cliëntgeheim door aan de beheerder van uw organisatie zodat zij een API-token kunnen aanmaken.